Previous Page  11 / 12 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 11 / 12 Next Page
Page Background

Makelaar

sportzaken

Ton Markink, eigenaar Activaat

Stimuleer integraal ondernemerschap

Het inzetten van sport voor de inte-

gratie van minderheden, activering van

inactieven of tegengaan van obesitas is

mogelijk, dat bewijzen talloze projecten

van de afgelopen jaren. Maar het struc-

tureel verankeren van deze projecten

na afloop van de subsidieperiode vormt

de grootste uitdaging. Veel projecten

zijn opgezet met een zekere druk naar

de vereniging om mee te doen. Maar

die kunnen het niet voortzetten, willen

het niet of hebben daarvoor een zet

nodig. Gevolg; miljoenen besteed aan

projecten zonder structureel vervolg:

BSI, BOS, Combinatiefunctionaris,

proeftuinen en veel meer. Een kort-

door-de-bocht-conclusie, zeker, maar

met een kern van waarheid.

Wacht niet op elkaar, onderneem nu!

Mijn advies luidt: ‘Blijf niet op elkaar

wachten’! Verenigingen willen graag en

velen zien de noodzaak om te veran-

deren. De tijd van pilots en pamperen

is voorbij, ondernemerschap wordt

gevraagd. Gemeenten hebben grote

vragen. De nieuwe taken vanuit de

transities, maar ook slecht exploitabele

maatschappelijke voorzieningen die

leeglopen als gevolg van bezuinigingen

op activiteitenbudget. Grijp elkaar dus

vast! De vereniging wil en moet, de

gemeente eveneens. In de vereniging

komt de hele samenleving bij elkaar

en de vereniging is de vindplaats, de

broedplaats en uitvoeringsplaats voor

decentralisatie en maatschappelijke

activiteiten.

Try before you die?

Hieronder een kort stappenplan voor

gemeenten om het sociaal domein te

activeren via de sportorganisaties:

- Sluit, waar dat past, de slecht te

exploiteren wijkcentra.

- Besteed een deel van de bezuinigin-

gen aan de sportvereniging.

- Stimuleer met sturingsmiddelen

het ondernemerschap van de

vereniging.

- Eis commitment in de portemonnee,

ook van sportverenigingen

- Handel in de gedachte van burger-

participatie en neem de vereniging

serieus.

Geen sportbedrijf maar een stichting

En misschien wel een van de belang-

rijkste: richt geen sportbedrijf op om

alles te organiseren. Dat zorgt voor ver-

dere institutionalisering en praten over

in plaats van met de sport. Kies liever

voor een overkoepelende stichting vol-

gens onderstaande structuur. Dat bete-

kent wel een centrale aansturing, maar

met inbreng van vertegenwoordigers

uit alle maatschappelijke geledingen

ten behoeve van de georganiseerde

sport. Op z’n minst op sportparkniveau,

maar het liefst op gemeentelijk niveau.

Vechtsportles om het gevecht met jezelf te

leren begrijpen

Als het gaat om pesten, zelfbewust worden of

leren omgaan met je eigen humeuren, denken we

doorgaans niet direct aan vechtsport. Toch wordt de

vechtsport steeds vaker ingezet voor jongeren die

beter willen leren om te gaan met pesten, agressie

en/of driftbuien. Wouter Schols, programmamanager

bij het NIVM, geeft twee voorbeelden, een binnen

een aanbod voor de jeugdzorg en een ander aanbod

gericht op regulier onderwijs. Sport Zorgt heeft

inmiddels de erkenning ‘Goed beschreven’ behaald,

Respons werkt daar in 2014 naar toe.

Sport Zorgt; agressieregulatie en sociale

weerbaarheid

Samen met instanties voor jeugdzorg en jeugd-

hulpverlening wordt het programma ‘Sport Zorgt’

aangeboden bij jeugdhulporganisaties, het speciaal

onderwijs of in sportclubs. Alle ervaringen van de

eerste jaren zijn verwerkt en omgezet in twee aparte

aanpakken: Vechtsport Plus en Vechtsport met

een missie. Bij Vechtsport Plus worden jongeren

met lichte tot matige gedragsproblemen begeleid

door een docent die specifieke begeleiding op de

gedragsthema’s kan leveren. Vechtsport met een

missie is een gedragsinterventie die wordt aange-

boden aan jongeren met duidelijke agressie- en/ of

sociale weerbaarheidsproblemen, individueel of in

kleine homogene groepen. Doorstroming naar het

reguliere aanbod van een vechtsportvereniging is

hierbij geen doelstelling. Bij deze interventie staat de

vechtsportvereniging niet centraal, maar de docent

die de interventie aanbiedt.

Respons: vechtsport als hulpmiddel bij

sociale problematiek

In het programma Respons is sociale problematiek

in het onderwijs het uitgangspunt om met vecht-

sport aan de slag te gaan. In drie lespakketten staat

telkens een onderwerp centraal, zoals ‘Omgaan

met pesten en groepsdruk in het primair onderwijs’,

‘Omgaan met agressie en geweld in het voorge-

zet onderwijs’ en ‘Omgaan met onveiligheid in het

MBO’. Deze problematiek wordt aangepakt door

middel van thema’s als ‘grenzen stellen’, ‘zelfvertrou-

wen’ en ‘samenwerken’. Respons gaat er daarbij

vanuit dat je de keuze hebt om het probleem aan te

pakken. Naast het gestandaardiseerde deel bevat

Respons een traject op maat, waarbij een intensieve

samenwerking wordt aangegaan met het onderwijs,

de vechtsportvereniging of de trainer in de buurt.

Ook kan de onderwijskundige instelling zelf haar

eigen (LO-)docenten opleiden om met Respons te

werken.

3

Sport- en beweegaanbod dat aansluit bij de maatschappelijke doelstellingen van de gemeente maakt een grote kans om bij te dragen bij de

transities in het sociaal domein. De vraag naar ‘aanbod dat werkt’ zal daarbij zeker toenemen. Wouter Schols van het Nederlands Instituut voor

Vechtsport en Maatschappij (NIVM) geeft twee voorbeelden van succesvolle aanpakken.

Duurzaam investeren?

Zet in op ‘wat werkt’!

5

VOORWAARDEN VOOR SUCCES?

1

Kies voor een centrale aanpak, georganiseerd door

maatschappelijke partijen.

2

Stel een gemeentelijk projectleider aan.

3

Verenigingen moeten mee investeren voor commitment.

4

Kies voor een sportparkmanager.

5

Maak van het sportpark een maatschappelijke voorziening,

dat open is van 8.00 – 24.00 uur.

Why have a meeting

if you can also

have a party?